Ik kom met een fles olijfolie de kamer in. ‘Voor we het vergeten, wil jij even een paar druppels in m’n oor laten lopen?’ Mijn vrouw kijkt op uit haar boek. ‘Zo uit de fles?’ Ik denk dat dat wel lukt en ga met mijn hoofd dwars op de tafel liggen. ‘Nou, daar komt-ie!’ Even later loopt mijn oor over. ‘Ho, dat ging een beetje te hard!’
Zo af en toe moet ik voor periodiek onderhoud naar de huisarts. De eerste keer was een jaar of zes geleden. Steeds vaker bleef een van mijn gehoorgangen dicht zitten na badderen of zwemmen. En hoewel het altijd een lekker gevoel is om je oor te laten ploppen, wordt het toch vervelend als je dat om de paar minuten moet doen. Zeker als je bloemen aan het snijden bent. Bovendien geeft het mij een duizelig gevoel, vooral als ik te snel achterover val in bed of de omgekeerde beweging maak.
Nu heb ik een zwak punt: het maken van een afspraak bij de huisarts. Ik stel het altijd zo lang mogelijk uit. Ben zo’n type dat denkt dat lichamelijke ongemakken vanzelf wel weer verdwijnen, als je maar lang genoeg wacht. Ik ben bijvoorbeeld jaren geleden in het ziekenhuis geweest voor het maken van een MRI-scan van een onwillige meniscus. Afspraak daarna met de orthopeed, uitslag besproken en hoe het vervolg eruit zou zien. ‘Ik heb de eerste maanden niet zoveel tijd, maar komende winter zou het kunnen!’ Dat was geen probleem voor hem. Geloof het of niet, naarmate het jaar vorderde waren mijn klachten weg. Dat bedoel ik.