De stichting Meten = Weten en ook de groep omwonenden Boterveen hebben geen gelijk gekregen van Gedeputeerde Staten van Drenthe. Beide partijen stapten naar een onafhankelijke commissie, de Commissie Rechtsbescherming, met hun bezwaren tegen twee verschillende besluiten van de provincie. Die laatste wilde niet ingaan op hun verzoek tot handhaving op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen op agrarische percelen in de buurt van Natura 2000 gebieden.
De commissie onderzocht dus of de provincie terecht twee verzoeken tot handhaving op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen op agrarische percelen naast zich neer had gelegd. Ze hield daarover een hoorzitting. Daarna gaf ze twee adviezen aan het college van GS. Die laatste nam in een GS-vergadering van 17 oktober in het ene geval, de zaak van Meten = Weten, het advies van de adviescommissie over. Echter, Gedeputeerde Staten neemt het advies dat de commissie gaf in het bezwaar van de omwonenden van Boterveen te Dwingeloo niet over en wijkt daar dus af van het advies.
Niet-ontvankelijk
Het college heeft besloten om het bezwaar van Meten = Weten conform het advies van de Commissie Rechtsbescherming niet-ontvankelijk te verklaren, omdat Meten =Weten een algemeen verbod nastreeft en geen handhaving. Het Drents burgerinitiatief wilde een algemeen verbod op veertien chemische stoffen bij bepaalde teelten en percelen omdat die in de natuur terecht zouden komen. De provincie geeft aan dat zij daar niet over gaat, maar het Ctgb (College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden). Het bezwaar dat Meten = Weten bij GS had ingediend verklaarde GS daarom niet-ontvankelijk.
Onderzoek ecologische bureaus niet te doen
In het geval van de omwonenden van Boterveen heeft het college in afwijking van het advies van de Commissie Rechtsbescherming besloten om het bezwaar ongegrond te verklaren. De commissie is van oordeel dat – anders dan bij bemesten (de referentiesituatie die GS toepast) – de referentiesituatie niet kan worden ontleend aan het planologisch regime (agrarische bestemming) dat agrarisch grondgebruik toestaat.
De commissie stelt dat de regels voor wat betreft de toepassing van gewasbeschermingsmiddelen te algemeen van aard zijn. De commissie wenst daarom meer onderzoek naar de specifieke omstandigheden van een bedrijf en de door dit bedrijf gebruikte gewasbeschermingsmiddelen. Dergelijke onderzoeken kunnen echter in de praktijk vrijwel niet worden uitgevoerd door ecologische bureaus, zo stelt de provincie. Daarnaast is de achtergrond het gebruik van middelen die zijn toegestaan door het college voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb). ‘Bij ontbreken van anders bepalende jurisprudentie, wordt daarom naar analogie van beweiden en bemesten gehandeld. Dit sluit ook aan bij de werkwijze van andere provincies’, aldus GS. Dus zolang een rechter, geen ander oordeel velt, blijft de provincie bij haar huidige beleid.
Een woordvoerder van de provincie stelt dat alleen de omwonenden van Boterveen in beroep kunnen gaan tegen het besluit op bezwaar. In de zaak van Meten=Weten is geen beroep mogelijk omdat de provincie stelt dat het onderdeel wat ter discussie stond (het verzoek aan GS tot een algeheel verbod, waartoe GS niet bevoegd is), niet appellabel is.
