Het Europese Parlement heeft woensdag 12 juli ingestemd met de Natuurherstelwet van Eurocommissaris Frans Timmermans. Met de wet worden lidstaten verplicht zich in te spannen om te voorkomen dat natuurgebieden achteruitgaan.
336 Europarlementariërs stemden voor, 300 tegen, 13 onthielden zich van stemmen, de wet met een nipte meerderheid aangenomen.
De wet behelst dat lidstaten in 2030 met 30 procent van de natuurgebieden die in slechte staat verkeren bezig zijn met het herstellen van die natuur. In 2050 moeten de landen met 90 procent van de gebieden aan de slag zijn.
Daarnaast staat in de natuurherstelwet dat biodiversiteit op landbouwgrond moet worden vergroot en er maatregelen moeten worden genomen om weidevogels terug te laten keren. Andere doelen zijn het verbeteren van de waterkwaliteit en het creëren en in stand houden van groen in steden. De wet moet ervoor zorgen dat elke lidstaat een eigen herstelplan opstelt.
Tegenstand
In Nederland is voorafgaand aan de stemming stevig gedebatteerd over de op handen zijnde wet. Tegenstanders vrezen dat de wet voor een tweede crisis, vergelijkbaar met de stikstofcrisis, gaat leiden. Vanuit land- en tuinbouw, maar ook de sectoren woningbouw en infrastructuur worden de consequenties gevreesd.
LTO laat weten voor natuurherstel te zijn, maar niet op een manier die leidt tot verder juridificering. Edwin Michiels, portefeuillehouder Natuur, Klimaat en Energie: “De boodschap van LTO is helder: LTO is vóór natuurherstel, maar heeft altijd gezegd dat deze wet haar doel voorbij schiet. Het juridisch vastleggen van ingrijpende natuurhersteldoelen zal Nederland, dat nu al volledig is vastgelopen op het gebied van stikstof, verder op slot zetten. Het is niet te geloven dat het Europees Parlement het signaal van haar eigen experts op dit gebied negeert en dit voorstel, dat kan rekenen op weinig draagvlak, er toch doorheen heeft geloodst. Het enige lichtpuntje is dat er enkele van onze zorgen gehoord zijn door een meerderheid van het Europees Parlement.”