Glastuinbouw Nederland is bang dat de Nederlandse glastuinbouw zich naar het buitenland verplaatst bij Europese CO2-beprijzing. Minister Jetten wil via die beprijzing ervoor zorgen dat ‘de vervuiler betaalt’. Doordat iedere lidstaat een even streng klimaatbeleid voert, moet dit tevens leiden tot eerlijkere concurrentie in Europa.
Minister Jetten voor Klimaat en Energie (EZK) liet Trinomics onafhankelijk onderzoek doen naar de gevolgen van CO2-beprijzing voor Nederlandse sectoren die buiten het Europees systeem voor emissiehandel (ETS) vallen. Dat betreft onder meer (het grootste deel van) de glastuinbouw. Het onderzoek toont aan dat Europabrede CO2-beprijzing voor dit deel van de glastuinbouw beter werkt dan een strengere nationale CO2-beprijzing. Duurzame Nederlandse koplopers krijgen dan volgens de onderzoekers een eerlijke kans op de Nederlandse én op de Europese markt, omdat er één CO2-prijs in alle EU-landen geldt. Het is wel mogelijk dat de teelt, en dus de CO2-uitstoot, zich kan verplaatsen naar Zuid-Europa, waar minder kasverwarming nodig is, of naar landen buiten Europa waar de kosten voor CO2-uitstoot lager zijn. Glastuinbouw Nederland vindt die ontwikkeling ongewenst en benadrukt dat duurzaamheid breder is dan CO2-emissiereductie alleen.
Momenteel ontwikkelt het kabinet maatregelen om invulling te geven aan het coalitieakkoord en het zogenaamde ‘Fit for 55’-pakket met Europese klimaatregelen. Met Europese CO2-beprijzing wil minister Jetten ervoor zorgen dat ‘de vervuiler betaalt’. Daarnaast moet dit leiden tot eerlijkere concurrentie in Europa, doordat iedere lidstaat een even streng klimaatbeleid voert.