Regelmatig meten waterschappen in en rond glastuinbouwgebieden te hoge concentraties van gewasbeschermingsmiddelen die niet meer zijn toegelaten. Dat kan verschillende oorzaken hebben. CLM Onderzoek en Advies doet in vier glastuinbouwgebieden onderzoek naar de mogelijke herkomst van 7 van deze ‘onverwachte probleemstoffen. Dit meldt de website Glastuinbouw Waterproof.
Het betreft de middelen pendimethalin, carbendazim, bitertanol, thiametoxam, permethrin, fipronil en imidacloprid. De zeven werkzame stoffen hebben geen toelating meer in de glastuinbouw, maar zorgen nog wel voor overschrijdingen in waterkwaliteitsmetingen. De onderzoekslocaties liggen in bestaande meetgebieden binnen het Westland, Lansingerland, Noord-Limburg en Drenthe.
Het doel van het eenjarige project is te achterhalen waar de normoverschrijdingen vandaan komen. Voor werkzame stoffen die vrij recent nog waren toegelaten, kan nalevering vanuit tuinbouwbedrijven via verborgen emissies een verklaring zijn. Bij stoffen die al jaren verboden zijn, ligt die mogelijke oorzaak minder voor de hand. Daar zou de verklaring kunnen liggen in nalevering uit sediment, saneringen van tuinbouwgebieden of een peilaanpassing
Ook minder voor de hand liggende zaken kunnen van invloed zijn. Zo is imidacloprid niet meer toegelaten als insecticide, maar nog wel als biocide in mierenlokdoosjes en in vlooienbanden voor katten en honden. Een bron van emissies die wel bekend is, maar niet scherp in beeld, is de illegale wietteelt. Daar worden vooral insecticiden en acariciden gebruikt. Ook dat kan een verstorende factor zijn.