Meerdere wetenschappers roepen op om te komen tot een nieuwe aanpak voor de regulering van genetisch gemodificeerde gewassen. Grenzen tussen conventionele veredeling en toepassingen van gentech zijn volgens hen vervaagd, met name door de vooruitgang in de gewasveredeling. Een nieuw beoordelingskader voor moderne veredeling is daarom hard nodig, stellen de wetenschappers.
De huidige benaderingen rond het beoordelen van nieuwe gewasvariëteiten die met moderne veredeling zijn ontwikkeld, lopen van land tot land sterk uiteen. Over het algemeen hebben ze geen wetenschappelijke waarde. Dit staat in een artikel in Science dat begin september is gepubliceerd.
De auteurs van het artikel, waaronder Ken Giller, persoonlijk hoogleraar in Plantaardige Productiesystemen aan Wageningen University & Research, stellen dat je met zogenoemde omics-methoden zoals transcriptomics, proteomics en metabolomics nieuwe gewasvariëteiten kan scannen op onverwachte DNA-veranderingen. Op dezelfde manier gebruiken biomedische wetenschappen genomics om menselijke genomen te scannen op problematische mutaties. Als je de moleculaire samenstelling van de planten test, kan je vervolgens bepalen of een verdere testprocedure nodig is of niet. De nieuwe methode is volgens het artikel doeltreffender dan concentreren op de methoden en processen achter de totstandkoming van eengentech-gewas.
CRISPR-Cas als voorbeeld
Als voorbeeld verwijzen de auteurs naar de technologie CRISPR-Cas. Daarmee is erfelijk materiaal van planten op relatief eenvoudige wijze, zeer nauwkeurig en efficiënt te veranderen. Binnen de Europese Unie vallen alle variëteiten die met CRISPR-Cas zijn ontwikkeld, onder de regelgeving voor genetisch gemodificeerde organismen. Het Europese toelatingstraject is echter zeer tijdrovend, duur en onzeker. In andere werelddelen zijn de barrières een stuk lager. Autoriteiten baseren beslissingen daar op de grootte van de genetische verandering en de bron van het ingevoegde genetische materiaal. Het Amerikaanse ministerie van Landbouw stelde in 2020 een richtlijn vast die conventioneel gekweekte gewasvariëteiten en gentech-gewasvariëteiten vrijstellen van regelgeving, als die met andere methoden dan genetische modificatie konden worden ontwikkeld.
Vingerafdruk
De metingen van duizenden moleculaire kenmerken kunnen als een vingerafdruk worden gebruikt. Zo wordt bepaald of de vrucht of een ander product van een nieuw ras “wezenlijk gelijkwaardig” is aan producten die reeds door bestaande rassen worden geproduceerd. Bijvoorbeeld een nieuw perzikras met moleculaire kenmerken die al in een of meer bestaande, commerciële perzikrassen aanwezig zijn.
Een veiligheidstest overbodig als het nieuwe product geen verschillen vertoont of die verschillen naar verwachting geen gevolgen hebben voor de gezondheid of het milieu vergeleken met producten van bestaande variëteiten. Als het product nieuwe kenmerken vertoont die deze gevolgen wel hebben, is de aanbeveling om de veiligheid te testen. Dit geldt ook als het product niet interpreteerbare verschillen vertoont.
Internationale commissie oprichten
Het artikel is geschreven door een groep Amerikaanse deskundigen en de Wageningse hoogleraar Ken Giller. De onderzoekers schatten dat door technologische vooruitgang de laboratoriumkosten voor een set omics tests binnen vijf tot tien jaar kunnen dalen tot ongeveer $5.000.
De auteurs van het artikel pleiten voor de oprichting van een internationale commissie bestaande uit gewasveredelaars, chemici en moleculair biologen. Die kan de opties en kosten van omics-benaderingen voor een verscheidenheid van gewassen vaststellen en het proces van de ontwikkeling van een nieuw regelgevingskader op gang brengen.
Meer info via deze link