Het kabinet is tegen het plan van de Europese Commissie om meer arbeidsmigranten van buiten de Europese Unie te halen. Minister Van Gennip zei in een kamerdebat met de Tweede Kamer op 19 mei dat ze niet voor zich ziet hoe er nog nieuwe groepen arbeidsmigranten in Nederland gehuisvest kunnen worden, zonder dat dit leidt tot spanningen in wijken.
„Die mensen moeten dan wel kunnen wonen en een baan hebben als ieder ander, met een net salaris en goede arbeidsvoorwaarden en – omstandigheden.” Bij de huidige groep van ongeveer een half miljoen arbeidsmigranten ontbreekt het daar al vaak aan, zei ze. Die problemen moeten wat haar betreft eerst worden opgelost.
Net als het kabinet is een grote meerderheid in de Tweede Kamer tegen. Ook de coalitiepartijen VVD, CDA en ChristenUnie zien er niks in om nieuwe groepen arbeidsmigranten naar Nederland te halen, terwijl er woningnood is en veel arbeidsmigranten nu al te maken hebben met uitbuiting. Binnen de coalitie is alleen D66 voor het plan.
Europese plan
Eind april lanceerden de Eurocommissarissen Ylva Johansson (Binnenlandse Zaken) en Margaritis Schinas (Migratie) namelijk het Europese plan om de in heel Europa krappe arbeidsmarkt vlot te trekken én tegelijk illegale immigratie beter te kanaliseren. Mensen van buiten de EU kunnen zich aanmelden voor een werkvisum en komen ook sneller in aanmerking voor een langdurig verblijf. Nu is dat pas het geval als een niet-EU-burger tenminste vijf jaar bij een en dezelfde werkgever heeft gewerkt. „Met de initiatieven van vandaag erkennen we dat legale migratie over de hele linie een positieve impact heeft”, aldus de Griekse commissaris Schinas. „Migranten krijgen een kans om hun omstandigheden te verbeteren, gastlanden kunnen beschikken over meer geschoolde werknemers en de economie vaart er wel bij.
Er wordt vooral gekeken naar de circa 5 miljoen Oekraïners die nu de EU binnenstromen. Maar ook vanuit de Noord-Afrikaanse landen Marokko, Tunesië en Egypte zal het makkelijker worden om Europa binnen te komen in het kader van zogeheten talentenpartnerschappen.