Er is iets meer duidelijk geworden over de verplichte certificering van kleine kwekers die via de Nederlandse veilingen afzetten. Siertelers in Europa en Israël met een totale bedrijfsjaaromzet van minder dan €250.000 krijgen ondersteuning bij het behalen van een milieucertificaat. Voor hen gaat een vereenvoudigd schema gelden bij MPS en Global-GAP.
Het bestuur van Floriculture Sustainability Initiative (FSI) voor de regio ‘Global North’ stelde op 31 mei de zogenoemde omzetdefinitie van kleinschalige kweker is vast. Eerder was al bekend dat kwekers in het ledenpakket ’klok focus’ van Royal FloraHolland moeten vallen om in aanmerking te komen.
FSI bepaalt de definitie van kleinschalige kweker voor kwekers in andere landen op een later moment. Daarbij houdt ze rekening met specifieke omstandigheden en reeds bestaande oplossingen. Zo bestaan er in Kenia en Colombia al ondersteuningsmaatregelen voor kleine kwekers bij certificeren, laat Jeroen Oudheusden, Executive Officer van FSI, weten.
Schema aan de beurt
Nu de definitie van kleinschalige kweker is vastgesteld, buigt de werkgroep ‘kleinschalige-kweker-schema’, bestaande uit FSI-bestuursleden, MPS, Global-GAP en Royal FloraHolland (RFH), zich over het certificeringsschema voor kleinschalige kwekers. Na consultatierondes met kwekers en kopers in juli en augustus en aanvullende besluitvorming is de verwachting dat het concept voor kleinschalige kwekers in het najaar gereed is. Vanaf begin 2025 is de certificering beschikbaar voor kleinschalige kwekers. Het consultatieproces is volgens de werkgroep van belang om ervoor te zorgen dat het schema aansluit bij de dagelijkse praktijk van de kleinschalige kweker, en dat het praktisch toepasbaar en betaalbaar is.
Milieuregistratie blijft in het programma/schema in ieder geval de basis en dus verplicht. Duidelijk zal worden welke criteria als essentieel worden beschouwd. Er komt sowieso een aangepast auditregime en verder worden ingekorte vragenlijsten ter vervanging van bewijslast als optie geopperd. „Het doel is om iedereen de kans te bieden om mee te doen. Dit doen we door oplossingen te vinden voor kwekers voor wie de huidige systemen niet goed werken of te duur zijn”, meldt Oudheusden.
Twee jaar de tijd
Kleinschalige kwekers binnen het ledenpakket ’klok focus’ hebben twee jaar de tijd zich te certificeren, want RFH heeft besloten dat in 2027 alle kwekers die bij de veiling aanvoeren Floriculture Sustainability Initiative (FSI) gecertificeerd dienen te zijn. Kleinschalige leden binnen de ledenpakketten Klok Flex, Direct Flex en Direct Focus, evenals aanvoerders die binnen de gestelde definitie vallen, kunnen ook gebruikmaken van het vereenvoudigde certificeringsschema. Van hen wordt echter wel verwacht uiterlijk op 1 januari 2026 aantoonbaar aan de gestelde certificeringsvoorwaarden te voldoen.
Met de definitie is nu voor alle telers het tijdspad naar verplichte certificering duidelijk. Daar is Steven van Schilfgaarde, CEO van Royal FloraHolland, blij mee. „Met het nieuwe schema voor kleinschalige kwekers zorgen we ervoor dat iedereen mee kan blijven doen. Juist ook deze groep zorgt voor een breed en gevarieerd aanbod op de wereldwijde sierteeltmarkt. Cruciaal voor de sector, de keten en de aantrekkelijkheid van het Royal FloraHolland platform.”
Namens VBN
De voorschriften worden van toepassing namens VBN. Daarmee gelden ze ook voor leden en niet-lid aanvoerders die leveren aan Plantion. „Dit is een collectieve stap van de sierteeltsector op duurzaamheid. Kwekers en kopers slaan de handen ineen op weg naar volledige transparantie. Daarmee is de sector vooruitstrevend en neemt verantwoordelijkheid”, aldus de initiatiefnemers.
17% te gaan
De stapsgewijze aanpak is onderdeel van de ambitie om bloemen en planten 100% gecertificeerd te produceren en te verhandelen. Bij FloraHolland is 83% van de omzet milieu-gecertificeerd via MPS of Global Gap en 71% van de omzet voldoet aan de FSI-doelstelling, dus heeft een milieucertificering én een GAP-certificering. De overige 17% omzet, meer dan 1.000 kwekers, ligt met name bij kleine kwekers. Met de omzetdefinitie van kleinschalige kweker wordt deze 17% volledig gedekt, aldus RFH.
Weinig nieuws onder de zon
Voor zomerbloemenkweker Theo Vlaar is met de definitie van kleinschalige kweker niet meer duidelijkheid gekomen. Dat hij met zijn 6.800 m2 teeltoppervlak kleinschalig is, wist hij sowieso al. Pas als het certificeringsschema voor kleine kwekers bekend is, kan hij een oordeel geven. Met een jaarrapportage die onder de €100 uitvalt, zou hij nog kunnen leven. Een maandelijkse rapportage met geen energieverbruik, nauwelijks inzet van gewasbeschermingsmiddelen en met geen personeel in dienst vindt hij totaal zinloos. „Er gaan soms vier weken voorbij waarin ik niks te melden heb. Dan sta ik niet te wachten op een bureaucratische, papieren rompslomp.”
Op dezelfde golflengte zit collega-zomerbloemenkweker Jan Biemond. Hij blijft nut en noodzaak van verplicht certificeren zinloos vinden. Als echter de eisen aan het certificeringsschema en de kosten billijk blijven, wil hij certificeren overwegen. „Dat duurzame rapportage-eisen aan grote bedrijven doorsijpelen naar kleine bedrijven is nog enigszins te begrijpen. Dat het echter die kleine bedrijven geld en energie kost die niet of nauwelijks zijn door te berekenen niet. Klokafhankelijke telers komen met verplicht certificeren met hun rug tegen de muur te staan.”
Beide kwekers denken hun zegje te doen als zij geconsulteerd worden.