Op 1 januari 2022 waren er 83.800 fysieke winkelvestigingen in Nederland, 655 meer dan een jaar eerder. Hiermee steeg het aantal winkels voor het eerst sinds 2010. Ook het aantal bloemen- en dierenwinkels en tuincentra steeg met 1,1% naar 5.700. Vooral het aantal winkels in de voedingssector nam toe, het aantal boekwinkels daalde het sterkst. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe voorlopige cijfers.
Ondanks de lichte stijging van 0,7% ten opzichte van een jaar eerder waren er op 1 januari 2022 ruim 13.000 fysieke winkels minder dan op het hoogtepunt in 2010. In vergelijking met 1 januari 2020, net voor de start van de coronapandemie, is het aantal fysieke winkels wel licht afgenomen (met 0,4%). Net als in 2020 steeg het aantal webwinkels in 2021 opnieuw fors, met 28%.
Kledingwinkels grootste groep
Met voorsprong de grootste groep bestaat uit kledingwinkels, goed voor ruim 16% van alle fysieke winkels op 1 januari 2022. Dit aandeel is wel iets gedaald ten opzichte van 1 januari 2020 (17%). Na kledingwinkels volgen winkels in overige huishoudartikelen en supermarkten als meest voorkomende winkels. Beide hebben een aandeel van bijna 8%.

De stijging van het aantal winkels kwam vooral door de toename van het aantal winkels in de food-sector (3,4%). Het aantal winkels met non-foodproducten bleef nagenoeg gelijk. Winkels in brood, banket en zoetwaren stegen met 4,7% het meest in aantal. Daarna volgen supermarkten en winkels in overige voedingsmiddelen (beide 4,4%). Bloemen- en dierenwinkels en tuincentra (die onder één groep vallen bij de CBS-cijfers) volgen onder de supermarkten op de vierde plek met in totaal 5.700 winkels, een stijging van 1,1% ten opzichte van een jaar eerder.
Boekwinkels en winkels in lectuur en schrijfwaren daalden met respectievelijk 8,1% en 7% het meest. De afname van het aantal boekwinkels in 2021 was groter dan in de drie voorafgaande jaren samen.