De Nederlandse bloemen- en plantenexport sluit het eerste halfjaar van 2024 af met een exportwaarde van €4,1 miljard. Dat is een groei van 2,5%. Dit maakt VGB bekend op basis van de exportstatistieken van Floridata. Oost-Europa en het Verenigd Koninkrijk zijn de motors van de exportgroei.
„De afzet naar Oost-Europese landen lijkt de groeimotor van onze sector te zijn,” concludeert Matthijs Mesken, directeur van VGB. Hij noemt Tsjechië, Roemenië en vooral Polen. Opvallend is ook dat nummer 2 afzetmarkt het Verenigd Koninkrijk een groei kent (+5,6%). De groei op het VK vindt plaats ondanks dat er problemen aan de grens zijn sinds de invoering van BTOM op 30 april. Mesken hoopt dat `Labour een nieuwe handelsdeal kan sluiten met de EU, zodat de export van bloemen en planten kan normaliseren.
De export op nummer 1 Duitsland stond het eerste half jaar in de min (-1,6%). Ook nummer 3 Frankrijk sloot negatief af: -7,2%. „In Nederland is het belangrijk dat het BTW-tarief op bloemen en planten laag blijft. Ook arbeidsmigranten en de huisvesting voor hen is cruciaal voor onze sector. Al met al brengt het onzekere tijden met zich mee en daar moeten we mee dealen”, aldus Mesken. „In de VS zijn in het najaar verkiezingen en in Duitsland is er wat politiek onrust, ook daar heeft de sierteelt mee te dealen.”
Verschil bloemen en planten
De cijfers van Floridata tonen in de eerste zes maanden van 2024 een verschil tussen de export van bloemen en de export van planten. De export van bloemen groeide met 5% naar €2,5 miljard en voor planten kromp de export met 1% naar €1,6 miljard. Het exportvolume van bloemen daalde met 3%, het volume planten daalde met 2%.
Ook in juni was er een groot verschil tussen de export van bloemen en planten. De exportwaarde van bloemen pluste met 5%, de exportwaarde van planten kende een min van 9%.
