Donderdagochtend zat ik in het Hortiversum te Zoetermeer nog wat bij te komen van het feestgeweld bij de uitreiking van de Tuinbouw Ondernemersprijs. Onderwerp van de bijeenkomst: de kwaliteit van ons oppervlaktewater. De bevindingen liegen er niet om. Er is nog heul veel te doen om de doelwaarden van de Kaderrichtlijn water te behalen. Of 1 januari 2027 haalbaar is met het tempo wat er nu op zit, valt te betwijfelen.
Het was daarom ook wel een klein lesje: we hebben nog wat te doen met elkaar om waterkwaliteit in de sloot en de beschikbaarheid hiervan naar een hoger plan te trekken. Zonder actie van iedere tuinbouwondernemer, jij dus ook, zie ik het volgende probleem in 2027 nu al ontstaan. Gewoon even wat beelden die je mogelijk wel herkend:
- Nagenoeg alle waterschappen publiceren hun actuele kwaliteitsmetingen van het slootwater. Google ze maar voor jouw eigen gebied. Hopelijk ben je de uitzondering waar het wel goed zit.
- Er valt nog veel te winnen aan “lekstromen”. Een lekkende drainage, een stagnerende terugslagklep, een verstopte afvoer, het reinigen van de kas en vergeten het spoelwater op het riool aan te sluiten, enzovoorts.
- Een keurige statistiek van Glastuinbouw NL laat zien dat het aantal nullozers al een paar jaar stagneert tussen 50 en 75%, afhankelijk van de teelt.
- We hebben te maken met oud zeer. Door gewroet van rivierkreeften in bodems komen middelen vrij die al sinds 20 jaar niet meer gebruikt mogen worden.
- De consument doet ook mee aan de vervuiling met haar huis-, tuin- en medicijngebruik. De hond die met zijn vloeienband (Fipronil) in de sloot springt, geeft meetbaar residu in het oppervlaktewater.
Volgens de onderzoekers is 80% van de veroorzakers van de lekstroom nog onbewust van het eigen handelen. Er valt dus nog veel te winnen, denk ik dan maar. Niets doen is ook op dit vlak geen optie.
Wat dat betreft was het inspirerend hoe een paprikakweker zijn verhaal vertelde. Trots op een emissieloze teelt, maar ook heel bewust dat ook hij nog wat te doen had. Wat als 1 januari de waterkwaliteit niet vanzelf is opgelost? Dan kan ik het als ondernemer nog zo goed hebben gedaan, maar kan een foutje van mijn buurman die bloemen kweekt wel eens forse restricties voor mijn teeltplan opleveren. Zijn pleidooi, recent in een column in een ander vakblad, om te komen tot watercoöperaties om deze gebiedsuitdagingen samen op te lossen, klinkt wat mij betreft dan ook als muziek in de oren. Samen werken aan doelen op basis van de constateringen. Actuele metingen, deze juist interpreteren en ernaar handelen. Zelfcorrigerend vermogen als sleutel voor verbetering, denk ik dan.
Wat is dan samen, vroeg ik hem? In zijn geval zijn dat alle ondernemers in het gebied, het waterschap, de gemeente en Glastuinbouw NL als ondersteuner. En ben je al begonnen was mijn volgende vraag? ’Eerlijk gezegd nog niet’, gaf hij aan. Blijkbaar was het toch nog niet belangrijk genoeg om even wat belletjes te doen. Ik verwacht overigens dat hij inmiddels wel heeft zitten bellen, maar dat terzijde.
Voor mij resteert de vraag: ’Moeten we blij zijn met de verbetering van afgelopen jaren of bezorgd zijn met de normoverschrijdingen die nog steeds plaatsvinden?’