De fractie GroenLinks Noord-Holland heeft naar aanleiding van het incident in Frankrijk waarbij een meisje aan leukemie gestorven zou zijn omdat haar moeder die bloemist was blootgesteld aan gewasbeschermingsmiddelen op bloemen, schriftelijke vragen gesteld aan Gedeputeerde Staten van Noord-Holland.
De vragen komen van Statenlid Tessa van Wijnen. Haar fractie zegt zich na het bericht uit Frankrijk zorgen te maken over ‘de vele mensen in Noord-Holland in de bloemensector en daarbuiten die met gewasbeschermingsmiddelen in aanraking komen en de mogelijke gezondheidsrisico’s die zij of hun (ongeboren) kinderen lopen’.
Precieze informatie over middelen
Wijnen vraagt of de provincie voldoende informatie heeft over de zaak en van de gezondheidsrisico’s van middelen op bloemen in het algemeen. Ook wil ze weten of het klopt dat de import van bloemen bespoten met in EU verboden middelen niet wordt geweerd. Verder wil ze weten of GS weet welke gewasbeschermingsmiddelen het in de Franse zaak betrof en waar het meisje volgens de formele verklaring van het Franse fonds voor onderzoek naar slachtoffers van pesticide aan is overleden. ‘Zijn dat dezelfde of vergelijkbare (cocktails van) deze middelen ook in Noord-Hollandse bloemensector worden gebruikt?’, aldus een vraag.
Relatie met gemeenten
‘Komt leukemie of andere afwijkingen genoemd in de Franse zaak, vaker voor in gemeenten waar veel gewerkt wordt met gewasbeschermingsmiddelen, dan wel bij mensen die in aanraking komen met producten waarin (cocktails van) gewasbeschermingsmiddelen gebruikt worden?’, is de vraag van Van Wijnen. En ook wil ze weten of GS bereid is zich daarover te informeren, bijvoorbeeld door bij het RIVM aan te dringen op onderzoek hiernaar.
‘Breidt RIVM OBO-2 onderzoek uit’
Het RIVM is momenteel bezig met het zogenoemde Onderzoek Bestrijdingsmiddelen en Omwonenden 2 (OBO-2), maar dat doet geen onderzoek naar effecten van gewasbeschermingsmiddelen bij mensen die met bespoten producten werken. Van Wijnen vraagt GS daarom aan te dringen op uitbreiding van dit onderzoek op dat vlak. Ook wil ze eventuele tussentijdse resultaten van het OBO-2 weten en wil ze dat het onderzoek wordt versneld, want het onderzoek loopt nog tot 2031. Het Statenlid vraagt GS ook of die bereidt is te onderzoeken in hoeverre (bijvoorbeeld) de Omgevingswet ruimte biedt voor het toepassen van het voorzorgsprincipe.
