Er is toenemende druk op het aandeel veen in substraatmengsels vanuit de markt. Substraatleveranciers zoeken naarstig naar goede veenvervangers. Dat blijkt in de praktijk makkelijker gezegd dan gedaan, vooral vanwege de unieke eigenschappen van veen. En alternatieve grondstoffen stellen telers voor nieuwe uitdagingen.
Veen vormt de basis voor de meeste substraatmengsels in de sierteelt. Langzaam maar zeker is sprake van een kentering, doordat overheden en marktpartijen van mening zijn dat het afgraven van veengebieden een té grote milieu-impact heeft. Hier is overigens niet iedereen het mee eens. „Dit is eigenlijk alleen aan de orde bij het afgraven van maagdelijke veengebieden”, zegt directeur Hein Boon van Stichting RHP, het kenniscentrum voor substraten. „In de praktijk wordt vrijwel alleen nog veen gewonnen in gebieden die al gedegradeerd en ontwaterd zijn. Hierbij is de milieu-impact beperkt.”
Richard Bremmer van Kekkilä-BVB, dat het merk BVB Substrates vertegenwoordigt, deelt die mening. Volgens hem scoren veengebieden weliswaar minder goed qua CO2-uitstoot, maar is de totale duurzaamheidsscore van de grondstof veen niet bijster slecht. „Zeker als je ook zaken als water- en stikstofverbruik meeneemt.”