Akkerranden met bloemen of kruidenrijke mengsels in de slootkant schieten tekort als optimaal gebruikgemaakt moet worden van natuurlijke vijanden tegen ziekten en plagen in het gewas. De monocultuur moet plaatsmaken voor stroken van drie meter met verschillende gewassen. Dat is beter voor mens, dier, insect en gewas, denkt onderzoeker Wijnand Sukkel.
Gaan we terug naar vroeger, toen we een lappendeken met kleine percelen met allerlei verschillende gewassen hadden?
“Dat is niet de bedoeling, want dan is het ook afgelopen met de efficiënte landbouw zoals we die de afgelopen decennia hebben ontwikkeld. In dit onderzoek kijken we naar de mogelijkheden van een grote gewasdiversiteit op percelen. We hebben de afgelopen decennia een super-geoptimaliseerde landbouw ontwikkeld en dat leidde tot de huidige monocultuur. We weten van oude culturen zoals van de Maya’s dat toen ook alles door elkaar werd geteeld. Dat kan nu ook op een efficiënte manier, maar onze hele land- en tuinbouw is gebaseerd op monocultuur. De mechanisatie, de wet, de subsidies, opbrengstens per hectare, alles draait om monocultuur en het beeld is ook dat het goede landbouw is. Voor de verspreiding van ziekten en plagen is het in ieder geval goed, want die ontwikkelen zich heel snel en goed in een monocultuur omdat er veel waardplanten bij elkaar staan.”