De bekendheid en het enthousiasme onder bloembollentelers om mee te doen met het agrarisch natuur- en landschapsbeheer (ANLb) neemt toe. In Hollands Noorden doen er 20 bloembollentelers mee. Andere collectieven, zoals BoerenNatuur Flevoland en ANV Water Land & Dijken werken ook aan samenwerking met bollentelers, maar daar is het animo nog wat beperkt.
De ‘reizende bollenkraam’ en de wisseling in pachtgrond worden wel als uitdagingen gezien, zo bleek op de jaarlijkse BoerenNatuurdag 14 maart. Ellen Mul van agrarische natuurvereniging Hollands Noorden en Cassandra van Altena van Living Lab B7 spraken er over de kansen van de bollensector voor het ANLb.
Bollentelers die maatregelen nemen ten behoeve van biodiversiteit en landschapsverbetering kunnen in aanmerking komen voor een vergoeding voor het beheer hiervan, het agrarisch natuur- en landschapsbeheer (ANLb). Deze subsidie wordt vanuit de provincie via regionale agrarische collectieven verstrekt aan deelnemende boeren met wie zij beheerafspraken maken.
Beheerpakketten interessant voor bollenteelt
Mul vertelde over beheerpakketten die beschikbaar zijn voor bodemverbetering (beheerpakket A39), zoals het opbrengen van vaste mest of het onderwerken van groenbemesters. Deze maatregelen zorgen voor meer koolstofvastlegging en verbeteren de infiltratiecapaciteit zodat water beter wordt vastgehouden. Een gezonde bodem zorgt bovendien voor meer insecten en wormen, en die zijn weer goed voor allerlei andere dieren.
Een andere interessante maatregel voor bollentelers is de inzaai van eiwitrijke gewassen (beheerpakket A50, nieuw in 2025). De diepe beworteling is goed voor de bodemstructuur, er is minder kunstmest nodig omdat deze planten stikstof vastleggen in de bodem en de zaden kunnen als veevoer verkocht worden. De teelt is ook gunstig voor boerenlandvogels, net als de zogenaamde wintervoedselakker (beheerpakket A15) die voedsel biedt aan vogels. Inzaaien van kruidenrijke akkerranden behoort ook tot de mogelijkheden.
Cassandra van Altena liet in een kort filmpje zien dat jongen van gele kwikstaarten in een tulpenveld gevoerd worden met insecten. Veel insecten helpen dus ook de zogenaamde ‘bollenvogels’ als gele kwikstaart, veldleeuwerik en patrijs.
20-03-2025