De langetermijnrentes in Europa en Amerika zijn behoorlijk gestegen. De Duitse tienjarige staatsrente schurkt tegen 3% aan, het hoogste niveau sinds 2011. Begin vorig jaar stond die rente nog op 0%. In de VS is de stijging nog prominenter; het tienjarig tarief ligt op circa 4,75% wat het hoogste niveau is sinds 2007. De opgelopen langetermijnrentes betekent dat onder meer de hypotheekrentes en rentes die bedrijven betalen om geld te lenen ook stukken hoger liggen dan vorig jaar.
Een vaak genoemde stelregel als we het over langetermijnrentes hebben, is dat die de verwachtingen over economische groei en inflatie reflecteren. Kijken we naar de inflatieverwachtingen op de financiële markten in de VS, dan zien we dat men van zo’n 2,25% inflatie per jaar de komende tien jaren uitgaat. Het Amerikaanse Congressional Budget Office, zeg maar het Amerikaanse CPB, stelt dat de Amerikaanse economie per jaar zo’n 1,75% groei eruit kan persen zonder dat we spreken van oververhitting. Als we er 2% van maken, dan levert dat, ruwweg, een langetermijnrente van om en nabij 4,25%, aanmerkelijk lager dan de huidige stand.