Naar de open dag gisteren bij Maters Bloembollen in Anna Paulowna en W.W. van Haaster en zonen in Breezand kwamen naar schatting zo tussen de 200 en 250 mensen. Het was een mix tussen toeristen en mensen uit de omgeving, aldus de kwekers.
De open dag op Tweede Paasdag was van 11.00 tot 17.00 uur. Bij Jacco Maters werden mensen vooral geïnformeerd over tulpen, narcissen en bijzondere bolgewassen. Hij schat dat er tussen de 100 en 150 mensen zijn geweest. „Ik denk dat ongeveer de helft toerist was, de rest kwam uit de omgeving. De meesten keken hun ogen uit. Ze kennen bollen alleen vanuit een zakje of wanneer ze een bosje tulpen kopen. Maar verder hebben ze weinig benul van wat er aan vooraf ging en wat er voor nodig is. Dan is het mooi meer informatie te kunnen geven.”
Maters kijkt met tevredenheid terug op de dag; het is goed om het verhaal van de sector te vertellen en dit te laten zien. „Ik kon aan een wat kritischere bezoeker goed uitleggen dat ‘even overstappen’ naar biologisch telen, geen één, twee, drietje is. Zonder middelen voor onkruidbestrijding, wordt het namelijk heel lastig. Het is dan fijn dat mensen dat dan ook begrijpen na je eigen uitleg en verhaal.”
De kweker gaf rondleidingen en liet het sorteerproces en het tellen van het bijgoed zien (hoofdfoto: Sasja Giezenberg)). Verder kon men langs de rooi- en spuitmachine lopen en ook daar kreeg men uitleg. De bezoekers kwamen mooi verspreid over de dag. „Om 18.30 uur gingen de laatste weg. Het feit dat AZ moest spelen voor de bekerfinale, was een goede stok achter de deur”, lacht hij.

Buiten op het erf liet Maters verschillende machines zien (Foto: Maters Bloembollen).
‘Open gooien die bedrijven’
„Super geslaagd”, zo vindt Robin van Haaster na de open dag gisteren. Het is als kweker, gezin en medewerkers van het bedrijf volgens hem niet alleen heel leuk om te doen, het is ook een must. „Er is zo veel weerstand. We moeten als vak onze bedrijven open gooien. Laat het maar zien en maak de mensen betrokken bij ons vak.” Hij zag meteen het resultaat van de openstelling van zijn bedrijf. „Alleen maar positieve reacties, want mensen geven ook echt aan dat ze geen idee hebben wat er in die grote schuren allemaal gebeurt. Als je vertelt dat je soms wel vier jaar over een teelt doet en wat je daarvoor allemaal moet doen, dan krijg je daar waardering voor terug.” Hij zint er op een balletje op te gooien bij de KAVB dat meer open dagen of zelfs een landelijke open dag heel goed zou zijn.

Bij W.W. Van Haaster hielpen veel mensen mee om de vragen van bezoekers te beantwoorden. (foto: W.W. Van Haaster en zonen)
Van Haaster teelt lelies. Hij speelde in op de verhalen die de ronden doen over ‘gif spuiten’. Om die reden liet hij ook de veldspuit zien, maar stalde er verpakkingen van groene middelen voor. „We moeten veel meer het verhaal vertellen; dat we voorheen veel chemische middelen gebruikten, maar dat we tegenwoordig steeds meer en vaker middelen gebruiken die de bodem en de planten versterken.”