Week 12 had Monarch Flowers in ‘s-Gravenzande een drukbezochte open dag voor de handel. Hun bekende series zijn Butterfly en Romance, bij elkaar zo’n 60 cultivars. Elk jaar komen er nieuwe kleuren en vormen bij.
Bedrijfsleider Bas Vreugdenhil (44) is Vakgenoot in editie 8 van het Vakblad. Hij legt uit dat de ranonkels dit jaar op zo’n 6 ha, verdeeld over 7 huurlocaties, zijn opgeplant. Tweederde daarvan bestaat uit het sortiment Butterfly, die zowel enkelbloemig als dubbelbloemig kunnen zijn. Butterfly is geschikt voor de teelt in diverse landen, terwijl het sortiment Romance meer wensen heeft ten aanzien van temperatuur en licht.
Dit is jullie showkas met ranonkels?
„Klopt, hier staat het hele sortiment van Monarch Flowers. Ze zijn allemaal van de Japanse veredelaar Aya Engei. Daan Kneppers van Green Works mag ze sinds 2016 exclusief telen in Europa. Van half maart tot eind april oogsten we de bloemen. Coloríginz regelt de verkoop daarvan. De bloementeelt is vooral promotie voor de afzet van de klauwtjes die we in juli rooien. Die gaan als uitgangsmateriaal naar bloementelers in de hele wereld”
Jullie beginnen zelf niet met klauwtjes?
„Ons uitgangsmateriaal komt uit weefselkweeklabs in Azië. Dat laten we in september bij een plantenkweker in het Westland bewortelen. In oktober planten we pluggen in de volle grond, dit jaar op zeven locaties. Op elke locatie loopt iemand die de boel in de gaten houdt. Allemaal ex-telers, dus dat werkt heel prettig. Ze weten ook dat het in maart en april moet gebeuren. Dan zijn we met 50 uitzendkrachten aan het bloemen oogsten. Zes dagen in de week.”
Voor jou werkweken van 80 uur?
„Daar geloof ik niet zo in. Van zes tot zes werken is meer dan genoeg. Het is vooral een kwestie van alles goed organiseren. En dit jaar gebruiken we een FloraStar-bosmachine die de verwerking van de bloemen een stuk soepeler zal laten verlopen. Dat doen we op een centrale plek. Ik kan op afstand in alle klimaatcomputers op de huurtuinen. Op zondag loop ik dan nog in een paar uurtjes alle locaties na voor het watergeven en dergelijke.”
Is het een makkelijke of een moeilijke teelt?
„Het is vooral ongrijpbaar. Per cultivar zien we soms behoorlijke verschillen tussen de verschillende locaties. Ik wil graag weten waar dat aan ligt. Is het grondsoort, licht, vocht, voeding of…? Ik hoop er met teeltproeven achter te komen. Op ons ouderlijk bedrijf teelden we ooit paprika’s op steenwol. Daarvan wist je precies hoe je de groei kon sturen. Eén ding is zeker bij ranonkel: koude nachten zijn belangrijk en als de etmaaltemperaturen boven de 15°C komen, gaan de productie en kwaliteit van het gewas achteruit.”
Hobby’s?
„Kiten en wielrennen. En ik doe graag leuke dingen met ons gezin. De vrijheid in deze baan geeft me ook veel voldoening. Hiervoor was ik productspecialist steenwol. Werken op een kwekerij ligt me beter.”
