Het was in kannen en kruiken: de Amerikaanse centrale bank, de Fed, heeft met de renteverhoging in mei de serie van renteverhogingen beëindigd. De laatste weken klinkt uit de Fed-gelederen echter een ander geluid. Dat geluid komt bovendien uit een heel onverwachte hoek.
Economen hebben de gewoonte centrale bankiers in twee groepen in te delen. Haviken zijn centrale bankiers die vrij makkelijk een reden kunnen bedenken waarom de rente hoger moet. Daartegenover staan de duiven, de term die gereserveerd is voor centrale bankiers die altijd vinden dat de rentes te hoog zijn en er geen problemen mee hebben redenen te bedenken waarom het mes in de rente moet.
Als een havik zegt dat een centrale bank, in dit geval de Fed, de rente niet moet verlagen of moet verhogen, dan is dat dus niets bijzonders. Het is immers wat je van een havik gewend bent te horen. Het wordt een heel ander verhaal als duiven zo’n boodschap de wereld in slingeren. En dat gebeurt de laatste paar weken.