Het nathouden van de bovengrond in eerste maand na het planten van de bollen (de start) is van doorslaggevend belang voor de kwaliteit van uw lelies. Zeker wanneer u een grondsoort heeft waarvan de bovenlaag snel opdroogt, kan gemakkelijk te droog geteeld worden. Belangrijkste symptomen van te droog starten zijn ongelijkmatige groei en pleksgewijs achterblijvende gewasgroei. Vaak ook zwakke wortelvorming en soms zelfs wortelbederf. In dit verband is de juiste plantdiepte erg belangrijk. Door wat dieper te planten heeft de plant minder snel last van uitdroging rondom de wortels en ondergrondse stengeldeel. Let wel op dat te diep planten kwaliteit kan kosten en dan met name bij de kleinere bolmaten van LA-hybriden.Bij de teelt van Oriëntals en OT-hybriden kan zelfs meer uitval door fusarium en rhizoctonia optreden bij te droog telen. LA hybriden zijn hiervoor minder gevoelig.
Voor de vorming van knoppen en stengelwortels en de uniformiteit is vocht van essentieel belang. Probeer na het planten zo snel mogelijk de eerste en de tweede steek goed nat te krijgen en daarna zo te houden totdat er sprake is van een goede wortelvorming en bladspreiding. Hierna kunt u afhankelijk van de cultivar en de gewenste taklengte doorgaan met goed nathouden of droger telen als minder gewaslengte is gewenst.