Het verder uitgewerkte landbouwbeleid biedt nauwelijks meer concrete informatie. Dat blijkt uit de stukken die het kabinet vandaag vrijdag 13 september presenteert in de aanloop naar Prinsjesdag.
In de stukken geeft het kabinet aan dat door het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur van Femke Wiersma (BBB) ‘een nieuwe koers’ wordt ingeslagen voor het landelijke gebied. ’In een vitaal platteland gaan een toekomstgericht voedselsysteem, met een sterke landbouw en visserijsector en een bloeiende en robuuste natuur, hand in hand.’ De nadruk in de stukken ligt op voedselzekerheid en op de veehouderij. Het kabinet wil ‘haalbare, bedrijfsspecifieke normen voor klimaat- en stikstofemissie, waarbij ondernemers voldoende tijd krijgen om aan deze doelen te voldoen’.
Vitaler
In plaats van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) komt ondersteunend beleid voor ondernemers die natuurbeschermde maatregelen nemen. Hoe dat beleid er uitziet wordt niet duidelijk. Ook is onduidelijk hoe het landelijke gebied vitaler wordt. Daar komt het kabinet in begin 2025 op terug in de Tweede Kamer. Iets eerder, namelijk in het najaar, willen de ministers met een beleid voor de Europese Unie komen. Om aan te geven hoe dat er ongeveer uit moet zien, verwijst het kabinet naar het Hoofdlijnenakkoord van mei 2024.
Over het middelenbeleid schrijft het kabinet dat het ’de onafhankelijke wetenschappelijke adviezen van daartoe aangewezen en bevoegde instanties respecteert’ bij de nationale en Europese toelating. Nergens wordt concreet hoe en welke doelen het kabinet wil bereiken. Elders is te lezen dat het beleid duidelijk en begrijpelijk moet zijn. Die helderheid blijft uit: Er moet nog veel worden onderzocht, gesprekken gevoerd met sectoren en organisaties en ’zo snel mogelijk’. Concrete data staan niet in de plannen. Ook de financiering wordt niet uiteengezet. Er wordt verwezen naar de 40 miljoen euro ‘om een start te maken’, die ook in het hoofdlijnenakkoord stond. Op dat akkoord werd toen door de agrarische sector positief gereageerd.
In het de inmiddels ook uitgelekte Miljoenennota staat dat structurele 500 miljoen euro per jaar voor agrarisch natuurbeheer beschikbaar is. Voor zogeheten ‘lopend beleid’ is 1,5 miljard euro voor verduurzamingsmaatregelen en natuurbeheer opgenomen.
Glastuinbouw
De glastuinbouw wordt wel met name genoemd. Daarover schrijft Wiersma dat ze ’met de sector blijven samenwerken aan ambities op het gebied van energie, waterkwaliteit, circulariteit en robotisering.’ Het kabinet laat zich daarbij leiden door het convenant Energietransitie glastuinbouw 2022-2030. Het restemissiedoel van 2030 uit dat convenant blijft overeind. Er komt in 2025 wel een programma om robotisering in de land- en tuinbouw te stimuleren, om het gebrek aan arbeid in te vullen.