Tijdens de energiecrisis is de lisianthuskwekerij van Jelle Pippel hard gegroeid. Achteraf gezien wat te hard, vindt de teler. Aanvankelijk kostte het moeite om alle bedrijfsonderdelen voldoende aandacht te geven. Ondertussen rezen de energieprijzen de pan uit en werd ook nog de omslag gemaakt van de retail naar de groothandel. „Het was best een pittige periode. Maar het is gelukt.”
Tien weken hield Jelle Pippel het uit op de HAS. Toen wist hij dat studeren niets voor hem was. „Ik wilde niet in de schoolbanken zitten, ik wilde ondernemen.” Dus op de dag dat hij achttien werd, kocht hij met hulp van zijn ouders een kleine kwekerij (1 ha) naast het bedrijf van zijn broer Alwin. Daar ging hij seizoensbloemen telen onder de naam Kwekerij Jelle Pippel. In het voorjaar campanula, in het najaar pluischrysanten. Twee dagen na zijn verjaardag was hij al aan het planten. Tussendoor ging hij een dag per week naar school voor de studie MBO Plantenteelt.
Het bedrijf draaide goed en drie jaar later kon Jelle de kwekerij van zijn ouders overnemen, Pippel Lisianthus. Die was gespecialiseerd in levering aan de retail, waar op dat moment veel vraag was. Maar eind 2021 kwam de energiecrisis en steeg de kostprijs van de bloemen sterk. „De supermarkten gingen daar niet ver genoeg in mee”, vertelt Jelle. „Toen stond ik voor de keuze: blijf ik de retail beleveren of stap ik over naar de groothandel?”