Het heeft jaren geduurd voor het Groeimodel Gerbera de stap kon zetten van wetenschappelijk onderzoek naar de praktijk. Nu is het dan toch commercieel opgepakt en naar de markt gebracht. Door de combinatie van plantfysiologische wetmatigheden en gewasregistratie op de kwekerij sluit het model nauw aan bij de realiteit. De teler moet er dus zelf ook wat voor doen.
De samenwerking tussen de gerberatelers heeft weer een vrucht afgeworpen: het Groeimodel Gerbera. Er is meer dan tien jaar aan ontwikkeld, aanvankelijk door Pieter de Visser (WUR Glastuinbouw) in het kader van het Parapluplan Botrytis, en nu is het commercieel beschikbaar gekomen. Er zijn op dit moment negen bedrijven die het model gebruiken.
Groeimodellen vinden vaak hun oorsprong in academisch en toegepast onderzoek. Als de projectsubsidies op zijn, blijft zo’n model vaak op de plank liggen bij gebrek aan commerciële partijen die het naar de markt brengen en onderhouden. „In dit geval heeft de Wageningse spinoff B-Mex het model uit de projectfase gehaald en samen met FloriFocus omgezet in een businesscase”, zegt Niek Botden, eigenaar van HortiSolutions, die samenwerkt met Flori Consult Group onder de naam FloriFocus.