Vorige

EXTRA: ‘De sierteelt kan niet met de rug naar de maatschappij staan’

Beeld
Royal FloraHolland

Het is de laatste week van Steven van Schilfgaarde als ceo van Royal FloraHolland. Volgende week bindt hij met zijn gezin de lange latten onder. Vanaf het nieuwe jaar staat zijn opvolger aan het roer. In een laatste gesprek met De Bloemisterij gaat Van Schilfgaarde onder meer in op zijn vertrek, zijn sterke en zwakke punten, Oekraïne, politiek en het imago van de tuinbouw.

Gedurende de bijna negen jaar dat Steven van Schilfgaarde deel uitmaakte van de directie veranderde er veel bij Royal FloraHolland (RFH). Van een traditioneel veilbedrijf transformeerde RFH naar een digitaal en logistiek platform. Ook het governance-model veranderde. De Bloemisterij besteedde talloze pagina’s aan Floriday, Floriway, FloriNee, orderpicken, centraal veilen, ledenpakketten, ledenraad, tijdvaklevering, controverse met de handel et cetera. Moeten we daar in een laatste interview met Steven van Schilfgaarde op terugblikken? Nee, waarom zouden we. Al die onderwerpen zijn terug te vinden op Platform Bloem. We kozen ervoor om de scheidend ceo een aantal vragen voor te leggen. Sommige vragen betreffen zijn besluit te stoppen bij RFH, andere zijn opiniërend en weer andere vragen zijn meer persoonlijk van aard.

Is het vertrek een eigen beslissing?

„Ja, het is mijn eigen beslissing. Ik werk bijna negen jaar bij Royal FloraHolland. Ik startte als cfo. In mijn laatste jaar als cfo was ik – toen Lucas Vos na de zomer aankondigde te stoppen en ik het mocht overnemen – al redelijk intensief betrokken bij de functie van ceo. Ik heb dus bijna acht jaar RFH geleid. Belangrijk voor mij is dat de cirkel nu echt rond is. Ik ben bij RFH gekomen voor de transitie. Toen ik binnenkwam waren er veel ideeën, maar geen plannen. Ja, Lucas Vos had een plan neergelegd, maar geen operationele implementatie. Bovendien heb ik door een deel van zijn ambities een kruis gezet.”

„We hebben toen heel erg gekeken hoe we RFH met een digitaal platform en nieuwe logistiek naar een hoger plan konden krijgen. Bijna alles is nu afgerond. De nieuwe logistiek staat in Naaldwijk en Rijnsburg. In Aalsmeer nog niet, maar we zitten daar in de laatste fase van het invoeren van het orderpicken. Het centraal veilen van planten is volledig doorgevoerd. De digitale veiling in Eelde is live. Er komt een nieuwe fase aan. Hoe gaat RFH met alles wat ze heeft neergezet de komende periode groei realiseren? Daar is een ceo voor nodig die dat een groot aantal jaren wil trekken. Ik heb besloten dat niet te doen.”

„De transformatie betrof overigens ook de invoering van een ledenraad. Ik wilde in die transformatie de coöperatie bij elkaar houden. Toen ik binnenkwam was er angst voor het The Greenery-scenario: het opsplitsen van de coöperatie en het bedrijf.  Pas op dat je niet opbreekt, kreeg ik te horen. Ik denk dat we met de invoering van de ledenraad, de coöperatieve strategie en ledenpakketten ontzettend grote stappen hebben gezet om samen te kunnen blijven, maar iedereen van uit eigen kracht. Daar kijk ik met trots op terug. Ik zit ook in het bestuur van NCR, en ik denk dat wij als coöperatie super vooroplopen in vergelijking met andere coöperaties. Veel coöperaties hebben een lidmaatschapsvorm, wij hebben een vorm, maar vier verschillende invullingen en mogelijkheden om dat in toekomst veel breder in te vullen.”

Sinds wanneer weet je dat je zou vertrekken?

„Vorig jaar ben ik met de Raad van Commissarissen (RvC) gaan nadenken hoe we een naadloze overgang naar een opvolger konden realiseren. De RvC heeft in afstemming met mij Pieter Bootsma als potentiële kandidaat geworven. Ik had dus al eerder in het achterhoofd dat ik er mee zou stoppen. We zochten een natuurlijk moment. Dat had ook later kunnen zijn. Ik wilde geen vragen over de koers, over wie de opvolger wordt. Het zijn vragen die nergens toedienen. Toen Lucas en ik in dienst traden kwamen er ook vragen: wat gaan ze doen? En we moeten juist volop gas blijven geven op wat we gezamenlijk willen realiseren. In het belang van sierteelt Nederland”

„Ik heb dit jaar nog veel belangrijke zaken afgerond. We willen als RFH een heel consistente koers varen. We zijn als sierteelt gebaat bij een zo stabiel mogelijk Royal FloraHolland. Het is niet alleen een bedrijf, het verbindt kwekers en kopers en zet standaarden in de sector. Het functioneren van RFH bepaalt mede het succes van sierteelt Nederland dus heb je als ceo een grotere verantwoordelijkheid dan RFH. We wisten dat Pieter het zou overnemen, maar niet wanneer. We kozen uiteindelijk in overleg het beste moment, dat is ook nu omdat we veel hebben afgerond en Pieter ook volledig is ingewerkt. Pieter kan verder bouwen met het vernieuwde MT. We hebben ook een nieuw operating model neergezet met Fit for Future. Ik heb een heel mooi fundament gelegd waarmee Pieter RFH naar verdere groei kan leiden.”

Waarom ga jij niet samen met RFH de nieuwe fase in?

„Ik ben heel erg bezig geweest met nieuwe mogelijkheden. RFH heeft een nieuwe IT, een nieuwe logistiek, een nieuwe organisatie en nu moeten de vruchten geplukt worden in groei van het aantal klanten en internationale groei. Dat is een veel commerciëlere rol. Ik ben van huis uit geen commerciële man. Pieter heeft een commerciële achtergrond, ik heb een meer operationele en financiële achtergrond. Hij gaat met zijn kennis andere accenten leggen, maar ik verwacht dat er verder niet zo veel verandert.”

Hoe typeer je jezelf als ceo?

„Mijn hele werkzame leven staat in het teken van transformatie. Ik ben niet iemand die op de winkel past, maar iemand die transformatie bedenkt, vormgeeft en uitvoert met een heel verbindende managementstijl. Ik probeer altijd iedereen in de kruiwagen te houden. Dat heb ik bij KPN gedaan, dat deed ik bij Getronics en dat deed ik bij RFH ook.”

„Ik was drie jaar ceo bij Getronics en daar heb ik een heel grote reductie en optimalisatieslag geleid. Toen KPN Getronics kocht werd datzelfde jaar de IPhone uitgevonden en in 2008 ging Lehman Brothers failliet. De hele IT-markt klapte in 2008 in elkaar en de verandering van technologie had een enorme invloed op Getronics. Ik ben toen bijna zes jaar bezig geweest om Getronics van een hele moeilijke situatie naar een florerend onderdeel van KPN te maken. We verkochten veel activiteiten en optimaliseerden nieuwe technologieën. Dat was precies de reden waarom ik door de toenmalige RvC werd gevraagd om toe te treden tot de directie van RFH. Ze wilden eenzelfde soort transformatie zien binnen RFH. Op dat moment was RFH een veilbedrijf met financiële afwikkeling, verder niks. Daarom hadden ze Vos en Van Schilfgaarde nodig. En daar was ik het mee eens.”

Waar ben je als ceo minder sterk in?

„Ik kan goed delegeren, ben heel verbindend, heb veel energie en probeer mensen als ze het niet eens zijn met discussie te overtuigen, begrip te krijgen voor de keuze die ik maak. Ik ben sterk vanuit inhoud gedreven en probeer ook heel erg de mens achter de functie te begrijpen. Ben voor kwekers, klanten en personeel heel benaderbaar. Als er op een bepaald moment een discussie geweest is moet er wel beweging komen. Het kan niet zo zijn dat er niet bewogen wordt. Op het podium staan is niet mijn grootste talent. Ik ben geen Lucas Vos die een hele show kan weggeven. Ben ook niet de joviale man die iedereen op de schouders slaat. Maar je kunt veel van me zeggen, ik ben wel in staat om te leren, mezelf te ontwikkelen.”

‘Op een podium staan is niet mijn grootste talent’

„Ik ben het niet met Matthijs Mesken (directeur VGB) eens die stelt dat ik communicatief niet altijd even handig ben. Communicatie is vrij ingewikkeld. Dat vond ik het mooie van het verhaal van psycholoog Arno Folkerts op de Dag van de Coöperatie. Iedereen heeft een eigen beeld van de werkelijkheid. Wat Matthijs noemt ‘onhandig gecommuniceerd’, noem ik ‘duidelijk gecommuniceerd’. VGB was het niet met ons eens en dat leidde tot wrijving. Maar we hebben elkaar ook weer gevonden. Ik denk dat ik in blogs en interviews een vrij heldere lijn heb neergezet waar RFH naar toe wilde. En dat dat me niet altijd in dank is afgenomen dat weet ik ook.”

In hoeverre houdt Oekraïne je bezig?

„Mijn vrouw komt uit Oekraïne, uit Kiev. Mijn schoonfamilie woont in Bratislava (Slowakije, red), maar we hebben veel kennissen en vrienden in Oekraïne. Het is daar heel triest en dat komt letterlijk via de telefoon onze huiskamer binnen. Mijn vrouw heeft iedere dag contact met mensen die daar leven. Het meest trieste is dat de stadsverwarming in Kiev pas op 30 november aan ging. Tot die datum was er geen warmte in de huizen. Leeftijdgenoten van mijn schoonmoeder die overleden is zijn boven de 80 en maken voor de tweede keer een oorlog mee. Eerst als klein kind de Tweede Wereldoorlog en nu deze.”

„Het erge is dat de oorlog uiteindelijk voortkomt uit geopolitieke afwegingen. Mensen in Oekraïne vechten voor een westers Europa. Dat wordt wel eens onvoldoende gerealiseerd. Een land als Finland wil niet dat de oorlog stopt, want als de oorlog in Oekraïne stopt dan vallen de Russen de Baltische Staten binnen. Mensen realiseren zich onvoldoende dat wij ons als Nederland moeten voorbereiden op een potentieel conflict aan de rand van Europa, lees Baltische Staten. Dat zijn kleine staten met een beperkt leger. Als daar iets gebeurt wordt Nederland intensief betrokken vanuit militaire optiek en in NAVO-verband met de taak om gewonden te verzorgen.”

„Ik wil geen paniek scheppen, maar ik denk dat dat onvoldoende helder is. Wij leven in een soort bubbel terwijl er buiten onze grenzen heel andere dingen gebeuren. Mijn generatie is nog met WO2 opgevoed, maar de nieuwe generatie heeft dat niet met eenzelfde intensiteit meegekregen. Uiteindelijk is er een machthebber die hetzelfde denkt als de tsaar bij de start van de Eerste Wereldoorlog. Dat is een andere manier van denken, dat wordt onvoldoende beseft. Oekraïne is bij ons thuis iedere dag onderwerp van gesprek.”

Heb je politieke ambities?

„Dat is een interessante vraag. Laatst zei iemand me dat als jij de coöperatie bij elkaar kunt houden en verbinden dan ben je zeer geschikt voor de politiek. Maar ik zie mezelf dat niet doen, omdat ik denk dat je een gemeenschappelijk doel moet hebben. De coöperatie heeft een gemeenschappelijk doel dat verbindend is en de huidige politiek – zeker in Nederland – is helemaal niet bezig met verbinden. Dat vind ik zo jammer, dat mensen alleen maar de polarisatie opzoeken. Uiteindelijk zouden politici er niet voor zichzelf en voor polarisatie moeten zitten. Ze zouden er moeten zijn om Nederlanders en Nederland een betere toekomst te geven.”

‘De dagkoers is voor politici belangrijker’

„Er zijn ook grote uitdagingen. Er zijn allerlei zaken waarop politici moeten acteren om Nederland succesvol te laten zijn. We hebben een Gouden Eeuw gehad en een gouden periode na WO2, maar de Gouden Eeuw was ook na een eeuw over. Het tempo ligt hoog en Nederland moet daarom aan de slag met allerlei problemen om relevant te blijven in de wereld. Ook op duurzaamheidsgebied zijn er heel veel plannen gemaakt vanuit universiteiten, maar ik zie geen enkele adoptie bij politici om iets gemeenschappelijks op te pakken. De dagkoers is voor hen belangrijker, ze denken niet eens een week vooruit.”

Dus geen minister of staatssecretaris Van Schilfgaarde?

„Nee, ik ben in het verleden politiek wel actief geweest. Als student en in het begin van mijn werkzame leven was ik vier jaar actief in de politieke jongerenorganisatie van D66 en twee jaar bestuurslid van D66. Toen was het echt anders, veel stabieler. Men was meer op zoek naar het oplossen van gezamenlijke problemen. Er zat veel meer verbinding tussen partijen. Mensen hadden veel meer respect voor elkaar en probeerden ondanks verschil in politieke opvattingen een duidelijke koers voor Nederland te bepalen. In dat opzicht was politiek voorspelbaarder. Dat missen we nu echt, ook voor ondernemers. Omdat politiek onvoorspelbaar is, durven ondernemers niet meer te investeren. Dat is zorgelijk. Of het om huizenbouw of duurzaamheid gaat.”

„In maart/ april komt de voorjaarsnota. We weten dat er een gat ligt van €5 miljard en weten ook dat het moet worden gevuld. We hebben geen idee wat er uitkomt in het politiek compromis. Als glastuinbouw hebben we een convenant (Convenant Energietransitie Glastuinbouw 2022-2030 red) gesloten met twee ministers en een staatssecretaris. We zijn continu aan het ’terugroeien’ om het convenant uitgevoerd te krijgen in het belastingplan. Het belastingplan bestaat uit meerdere jaren en er heeft nog geen correctie plaatsgevonden op de toekomst.  Vindt er geen wijziging plaats dan gaat het huidige belastingplan gewoon door. Met het creëren van die onzekerheid doe je Nederland geen plezier.”

Je maakt je zorgen om het imago van de tuinbouw?

„Ja, ik maak me zorgen over het imago van de tuinbouw. Onze staatssecretaris (Jean Rummenie van LVVN, red) verwoordde dat heel mooi. Bloemen en planten hebben echt een bijzondere functie in het leven van mensen. Die functie bestaat al sinds de mens bestaat. Het geven van bloemen en planten en het onderhouden van tuintjes horen bij ons. Alle emotionele momenten in het leven van mensen zijn gelardeerd met bloemen en planten. We moeten er wel voor zorgdragen dat die prachtige producten kunnen blijven bestaan. Er is veel werk aan de winkel. Er is ook al veel gebeurt, maar we zijn er nog niet.  We hebben afspraken met de overheid waar we in 2030 en 2040 staan. We worden steeds transparanter, inclusief certificering. Ik heb gevraagd om daar ook residutoetsen aan toe te voegen. Dat betekent dat wat een kweker registreert objectief terug te vinden moet zijn.”

„We moeten zo transparant mogelijk zijn, want je kunt niet als sector zeggen: wij van Wc-eend zijn trots op Wc-eend. We moeten het ondersteunen met concrete data zodat we kunnen aantonen dat bloemen en planten oké zijn. Dat is ook de reden dat we zo ongelooflijk gevochten hebben om certificering verplicht te krijgen. Certificering is stap 1, daarmee heeft de sierteelt een infrastructuur gecreëerd die ze de komende jaren kan uitbouwen met allerlei footprintberekeningen et cetera. Daardoor kunnen we aantonen wat we aan het doen zijn.”

‘Ik heb zelfs geen recht op een uitkering’

„Door een certificeringsstructuur in Floriday zijn we transparant, spreken we een taal waarmee we producten kunnen vergelijken. Dat is super cruciaal voor onze sector om antwoord te geven op stellingen die iedereen zomaar poneert zonder onderbouwing en die iedereen ook zomaar van elkaar overneemt. We zullen ons ook moeten realiseren dat door investeringen de productiekosten omhooggaan en dat de producten een hogere prijs nodig hebben, maar die zijn ze meer dan waard.”

Krijg je een zak geld mee van RFH?

„Nee, ik heb zelf ontslag genomen en dan krijg je geen geld mee. Ik heb zelfs geen recht op een uitkering. En dat is helemaal goed. Het zou ook raar zijn als ik het op een andere manier zou hebben gedaan. Zo zit ik niet in elkaar.”

Heb je al een nieuwe baan?

„Of nieuwe functies. We zullen het zien. Ik ben iemand die een bepaalde missie wil afronden en dat doe ik deze week en dan ga ik lekker met mijn gezin, inclusief mijn dochter die in het buitenland studeert een weekje skiën. Dan start een nieuw jaar met heel veel nieuwe mogelijkheden om nieuwe dingen op te pakken. Wat dat wordt weet ik niet. Belangrijk is dat ik in een nieuwe baan of functie toegevoegde waarde moet kunnen leveren, ik moet er zelf energie van krijgen en ik moet ervan kunnen leren. Ik denk niet dat mensen mij met mijn ambities zullen vragen om op de tent te passen. Zo’n functie of baan zou ik ook niet accepteren.”

„Ik ben nu 60. Toen ik bij KPN startte stond in de statuten dat leden van het bestuur met hun 60ste met pensioen gingen. Dat was in die tijd heel gebruikelijk. Maar ik zie mezelf niet met pensioen gaan, ik heb daar te veel energie voor. Ik ben ook burger en wil maatschappelijk mijn steentje bijdragen. Er gaat zeker wat gebeuren, maar wat weet ik niet.”

Wat wil jezelf nog kwijt?

„We hebben het net gehad over de ontwikkelingen in de sierteelt. Ik wil ondernemers meegeven: blijf jezelf ontwikkelen, blijf investeren. Tijdens Covid leerden we dat als we als samen optreden we heel flexibel kunnen zijn en dat we grote crises kunnen overleven. Zorg dat je blijft bestaan, je weet nooit wat je overkomt met straks een Trump en gevechten aan de Europese buitengrens. De tuinbouwsector is uniek, maar niemand in Europa die over de sector nadenkt behalve wijzelf. We zullen het met elkaar moeten blijven doen. We zullen elkaar altijd moeten blijven opzoeken, dat is super cruciaal voor onze sector.”

„Ik ben ervan overtuigd dat Pieter en het nieuwe MT-team dat ultiem zullen uitstralen. Dat betekent ook dat er keuzes gemaakt moeten worden en daar zal iedereen open voor moeten staan.  Mijn grootste advies is: de ontwikkelingen in de maatschappij gaan supersnel en je zult daarop in moeten spelen. De sierteelt kan niet met de rug naar de maatschappij staan. ”

Vakblad voor de Bloemisterij 1, 2026

Gerelateerde content

Blijf op de hoogte
met wekelijkse updates!

Selecteer categorie(en):
Registreren

Selecteer een de demo en krijg vijf dagen gratis toegang tot PlatformBloem.

Onbeperkt gebruik maken van PlatformBloem?
Bekijk de mogelijkheden.

Heeft u een abonnement op het Vakblad voor de Bloemisterij, Greenity, Bloem&Blad of Floribusiness, maar geen account?
Neem contact met ons op.

Al een account?
Inloggen

Log hier in met uw account van het Vakblad voor de Bloemisterij, van Greenity of van Bloem&Blad.

Heeft u een abonnement op het Vakblad voor de Bloemisterij, Greenity, Bloem&Blad of Floribusiness, maar geen account?
Neem contact met ons op.

Sluit venster
  • Feedback ontvangen wij graag!

Sluit venster