Verbinding. Dát woord dekt de lading voor Florex, droogverkoper richting tuincentra. Hard werken en goed werk leveren staan voorop, maar dat lukt alleen met personeel dat jouw manier van ondernemen waardeert. Een wijze les die eigenaren en broers Wim en Gertjan Klumpenhouwer van jongs af aan al meekregen van vader Joop. Vorig jaar verdubbelden ze hun locatie in Bovenkarspel.
Vóór de nieuwbouw van 9.000 m2, stonden schuur en kantoor nog apart. Nu is er letterlijk een verbinding gemaakt tussen werkvloer en kantoor. De broers vertellen met gepaste trots wat er nu staat; een duurzaam gebouw volgens stringente GPR-richtlijnen en met een GPR-keurmerk. GPR staat voor Gemeentelijke Praktijk Richtlijn, een methode om de duurzaamheid van een gebouw te beoordelen aan de hand van ontwerpkeuzes en vijf thema’s: energie, milieu, gezondheid, gebruikskwaliteit en toekomstwaarde. Gertjan: “We wilden net als mijn vader een mooi gebouw neerzetten dat over twintig jaar nog waarde heeft. Stel dat de bollen dan niet meer lopen of we groeien weer uit ons jasje….” Met de nieuwbouwhallen loopt het bedrijf voorop. Agrofocus, de bouwbegeleider, moest zich aanvankelijk ook nog GPR eigen maken.
Bij de doorloop naar een hal, zegt Wim in het nieuwe gedeelte te zijn aangekomen. Dat de andere ‘de oude hallen’ zijn, valt niet eens snel op. De 6.000 m2 die er sinds eind jaren 80 staat ziet er strak en modern uit. Wim wijst op belangrijke details in de nieuwbouw, zoals een beter klimaat door de hoge isolatiegraad van dak en vloer én een wit dak, meer daglicht en dat het geluid niet resoneert. Allemaal zaken die vaak naast energiebesparing ook zorgen voor een betere werkplek.
Alle hallen hebben verschillende kleuren spanten.
Wim wijst naar boven. In het plafond zitten gaatjes die schelle geluiden absorberen. Vandaar ook dat het gros van het personeel aan de halffabrikaat verpakkingen met bloembollen, zaden, plantuien en kweekconcepten in de nieuwe hallen werkt. Nu staan er zo’n 15 mensen aan een van de lijnen. Ze maken bollenmanden voor ‘de meest luie consument’, waarbij de bollen al zijn geplant. Het is alleen nog een kwestie van kopen en neerzetten. Het is een van de verkoopconcepten van Florex. Ze voeren er nog veel meer bij circa 25 groene retailketens. “Plus nog een beetje voor de groothandel”, zegt Wim.
Eerst vlees op de botten
Al 20 jaar legt Florex zich toe op de groene retail. Ze groeide flink, maar bouwde nooit bij. Ze huurden jarenlang hallen van buurman Derck Schipper Bloembollen Export. Eerst wilden de broers vlees op de botten. Naast de hallen had Florex al 15 jaar een eigen stuk grond van 17.000 m2 braak liggen. Aanvankelijk dachten de Klumpenhouwers deze AA-locatie te verkopen voor woningbouw en het bedrijf te verplaatsen. Maar hierover kwam maar geen duidelijkheid van gemeente en provincie. Gertjan: “Er was één scenario van een woningbouwproject dat er goed uit zag, maar dat vergde een lange adem van 5 tot 7 jaar. Daar gaan we niet op wachten.” Wim vult aan: “Nieuwbouw is ook een mooi statement naar iedereen die hier werkt. Hierdoor stralen we vertrouwen naar de toekomst uit.”
De broers lopen door de 7 hallen. In ieder hal hebben de spanten een andere kleur. Dat ‘kleurrijke’ had hun vader al. Hij wilde dat het personeel een fijne werkplek had en organiseerde vaak leuke dingen. “Hij zag het een beetje als zijn eigen familie.” Joop volgde de nieuwbouw op de voet. ‘Hoe is het met de kantine?’ vroeg hij vaak. Helaas heeft hij de nieuwbouw nooit helemaal af gezien. In januari overleed hij.
Oogstrelend
De kantine en de tuin kregen in de nieuwbouwplannen eerste prioriteit. Gertjan: “De meeste bedrijven tekenen groen pas op het laatst in. Wij als eerste. Tuinieren is tenslotte ons vakgebied.” Beide resultaten strelen het oog. De showtuin wordt nog verplaatst naar de ingang en over een tijdje komt er nog meer groen op het terrein.
Langs de zijgevel staat een groene wand van 5 m hoog en 100 m. Deze levert punten op voor GPR vanwege de CO2-opname. Er groeit hedera, wingerd en wisteria langs een rek dat overigens los staat van het gebouw. Het groen is nog maar net op weg, maar toch lijkt het nu al het geluid van de vrachtwagens te dempen. Dat is prettig voor de woningen verderop.
Hal 10 staat nokkievol. Op de kisten staat Dobbe Export. Sinds begin dit jaar verpakt Florex voor het bedrijf uit Voorhout. Gertjan: “Overnames of samenwerkingen zoals als deze, daar vragen we niet om. Het komt op ons af. We zijn nog redelijk vers in de markt en hebben onze focus gelegd op het bedienen van de groene retail. Wij ambiëren het niet om te groeien. Door het goed te doen, komen dingen op je af.”
Firstdates
De kantine heeft een mooi uitzicht, een buitenterras en volop mogelijkheden lekker relaxed te zitten. “Een mengelmoes van café-, lounge- en firstdates- plekken”, grapt Wim. De kantine staat symbool voor hoe het bedrijf met personeel omgaat. Lang geleden stelden de broers zich de vraag waarom ze dit bedrijf runnen. “Een prettige en gezellige werksfeer is het streven. Wat heb je aan winst draaien als je personeel chagrijnig naar het werk komt. We moeten het samen doen.” Om in de drukke tijd ‘licht aan het einde van de tunnel’ te zien, organiseren ze net na de piek in september ieder jaar een eindfeest.
Het verpakken van de voorjaarsbloeiers is de meest drukke en meest belangrijke tijd. Gertjan: “In 5 of 6 weken tijd draaien we de helft van onze jaaromzet.” Zomerbloeiers worden vanaf december ingepakt en vanaf januari uitgeleverd. April, mei en juni zijn rustig. Dan wordt er onderhoud gedaan en heeft het personeel veel vrij. Om het vaste personeel aan het werk te houden, worden er in november onder andere kerstpakketten gemaakt.
Wim doet verkoop, marketing en communicatie, Gertjan is algemeen directeur en zus Josien Groot-Klumpenhouwer is verantwoordelijk voor product en ontwikkeling. Bij de belevering van tuincentra en bouwmarkten wordt van Florex verwacht dat ze met haar producten de verkoop op de winkelvloer stimuleert. Gertjan geeft aan dat ze daarbij bereid zijn met de klant de diepte in te gaan. “Dat wordt gewaardeerd. Wij doen het ook graag, want niet elke verantwoordelijke van een winkel is even ervaren. Ze moeten worden meegenomen in ons artikel en de manier van verkopen.”
Bij het ontwikkelen van concepten wordt veel rekening gehouden met het feit dat voornamelijk vrouwen van boven de 40 bollen kopen. “Het product moet zo veel mogelijk op hoogte staan zodat ze niet hoeven bukken.” Florex levert ongeveer 80% onder het eigen merk van de winkel. “Bollen zijn vaak een van de eerste artikelen met private label omdat het relatief makkelijk is. Een capper drukken en eraan bevestigen. Dat kan snel uit in relatief lage oplages.”
Grootste koper is hobbytuinder
Door zich te verplaatsen in de consument ontwikkelt Florex verkoopconcepten. De valkuil is dan soms te veel met ‘vakogen’ te kijken. Zo zag Wim eens een concept met daarin bollen en een zak grond. “Ik dacht ‘dat kun je niet maken’ want die grond zorgt voor gewicht aan de hele verpakking. Toen ik dat vroeg aan vrienden uit Amsterdam reageerden die dat ze die zak grond juist een meerwaarde vonden.” Gemak is vandaag de dag nog steeds een voornaam onderwerp bij het bedenken van concepten, vooral bij de meeneemartikelen, maar de grootste groep kopers zijn toch echt de hobbytuinders. “Die vinden het geen probleem om een half uurtje op de knieën te gaan.”
Vaak is Florex de enige of tenminste de grootste bollenleverancier bij haar klanten. Gertjan: “De winkelvloer moet er duidelijk en overzichtelijk uitzien. Anders raakt de consument in de war.” Het moet ook geen ‘goedkope’ of ‘prijzenoorlog’-uitstraling hebben. “Dan krijg je als winkel wat je verdient; een consument die alleen maar koopjes wil.” Florex werkt graag intensief samen met de retailers. “Zo kunnen we van elkaar leren.”
Gertjan (l) en Wim Klumpenhouwer zijn tevreden met hun nieuwbouw.
Duurzaamheid is hoofdzaak
Florex is een voorloper in duurzaamheid. “Duurzaamheid is een hoofdzaak, want als je geen markt meer hebt, heb je een probleem.” Retailers kunnen er volgens Gertjan Klumpenhouwer namelijk voor kiezen bepaalde producten niet meer te voeren als zij vinden dat dit niet goed is voor de beeldvorming rond het bedrijf.
Hij vindt dat de boodschap van de sector moet zijn dat er reguliere bollen zijn waar – zeker de komende tien jaar – soms chemische middelen in worden gebruikt en dat er daarnaast biologische bollen zijn. “Die eersten zijn niet per se giftig, alleen niet biologisch. Op beide soorten zullen in de nabije toekomst minimale restanten van verdwenen middelen terug te vinden zijn, simpelweg omdat het open teelten zijn in de grond.” Daarom kan Florex geen honderd procent garantie geven dat er geen illegale middelen worden teruggevonden. Maar de sector is volgens hem zeker duurzamer geworden en die weg zet de sector uit alle macht door. “Vijf jaar geleden kon je nog best wel eens illegale partijen middelen tegenkomen. Dat is er nu echt wel uit.”
Een groene wand van 500 m2 die iets voor de nieuwbouw is geplaatst, geeft het gebouw een mooie uitstraling.
