Er wordt veel onderzoek gedaan naar de omzetting van UV-straling naar PAR-licht. Als je UV kunt absorberen en in een ander deel van het spectrum kunt uitzenden, dan komt er meer PAR-licht voor de fotosynthese beschikbaar, is de gedachte. „Zeker tien startups en universiteiten werken wereldwijd aan coatings op basis van fluorescerende materialen”, weet Silke Hemming, hoofd van het onderzoeksteam Greenhouse Technology van Wageningen UR. „Maar UV-straling kan ook positieve effecten hebben op de teelt.”
UV in zonlicht bestaat uit het milde UVA, dat door glas heen gaat, en het hoogenergetische UVB dat grotendeels wordt geweerd door glas. Dan is er nog UVC-straling die nog meer energie bevat. Deze wordt echter al door de ozonlaag tegengehouden en bereikt het aardoppervlak niet.
Een hogere instraling van UV leidt tot veranderingen in de opbouw van de plant, zoals meer vertakkingen, kleinere en dikkere bladeren en een compactere groei. UV brengt namelijk schade toe aan celmembranen en DNA, en hindert de fotosynthese. Daardoor wordt de plant geremd. De keerzijde is dat dit gepaard gaat met minder groei. In teelten waarin snel veel biomassa moet worden aangemaakt, zoals groene potplanten, is UV-licht een nadeel. Ook in bijvoorbeeld de rozenteelt kan UV-licht in de zomer een nadeel zijn, omdat de stelen dan te kort kunnen blijven.