De economische opmars van China maakte de afgelopen jaren veel indruk. Het is een kwestie van tijd voordat het land zich ook op andere vlakken doet gelden, zoals op geopolitiek gebied en in de valutawereld.
Je kunt het je bijna niet voorstellen, maar aan het begin van de jaren 90 was de Chinese economie nauwelijks groter dan die van Nederland. Sindsdien heeft het land een enorme groei doorgemaakt, met dank aan een opbloeiende exportsector. De tactiek van ’Made in China’ raakt echter uitgewerkt. Lagelonenlanden zoals Vietnam en Indonesië nemen de productierol over. De Chinese exportsector staat extra onder druk door de handelsoorlog met de Verenigde Staten.
De afgelopen jaren vlakte de exportgroei geleidelijk af, maar toch heeft het land goede vooruitzichten. Dat is te danken aan een economische koerswijziging. China zet steeds sterker in op binnenlandse consumptie, in plaats van exportgroei. De enorme verkoopgolf op het door Chinese winkelketens bedachte ’Singles Day’ onderstreept het succes van die strategie. Op het hoogtepunt van deze feestdag – waarbij vrijgezellen zichzelf met een cadeau verwennen – verwerkte internetreus AliBaba maar liefst bijna 600.000 orders per seconde.